De oranjewever (Euplectes franciscanus), ook bekend als de noordelijke rode bisschop is een bijzondere opvallende vogel binnen de wevers. Een echte volière bewoner die goed tot zijn recht komt in een mooie beplantte volière. Hier bouwt hij zijn nest vrijstaand in de planten, een waar kunstwerk! Een grootte van 15cm maakt dit een forse vink.
De oranjewever wever in het wild
In het wild komt de oranje wever in een groot deel van Afrika voor. Er zijn van de oranjewever drie ondersoorten bekend:
- Euplectes franciscanus franciscanus: van Mauritanië, Senegal en Gambia tot Ethiopië, Oeganda en noordwestelijk Kenia.
- Euplectes franciscanus pusillus: zuidoostelijk Ethiopië en Somalië.
- Verwilderde populaties die voor komen op Bermuda, Martinique, Puerto Rico en in Japan.
Het leefgebied van de oranjewever bestaat net als dat van de grenadierwever hoofdzakelijk uit uitgestrekte graslanden welke afgewisseld worden met struiken en lage bossen. Agrarische gebieden zoals rijstvelden en bijvoorbeel suikkeriet akkers behoren ook tot het domein van de oranjewevers. Nesten worden geweven in deze beplanting, bij voorkeur in hoge grassen. Hier gebruiken zij alle soorten grassen om een waar kunstwerk te maken.
Vroeger werden de grenadierwever en oranjewever als ondersoort beschouwt, tegenwoordig zijn zij door onder andere DNA onderzoeken echter als losstaande soorten beschreven. De verzorging van grenadierwevers en oranjewevers is echter door hun vrijwel identieke karakter vrijwel hetzelfde.
De oranjewevers hebben bij de IUCN de status “least concern” wat betekend dat er geen bedreiging gezien word voor het uitsterven van deze soort.
Uiterlijk en beschrijving van de soort
Het bijzondere verenkleed
Waarom een apart hoofdstuk over het verenkleed van de oranjewevers? Het is in mijn opinie een bijzondere vogel, maar zijn verenkleed is nog bijzonderder. In de winter periode zijn man en pop namelijk bijna gelijk van kleur, maar in de broedperiode krijgt de man (door juiste voeding en zonlicht) zijn fel oranje/donker zwarte verenpak. Ook word hij dan langzaam steeds feller, en kan ook agressief naar andere vogels worden.
Het winterverenkleed
Het winterverenkleed is zoals gemeld bij man en pop bijna gelijk. Een redelijk algemene bruine kleur met hier en daar zwarte vlekken op het hoofd en het lichaam. Boven het oog is een donkergele streep zichtbaar die bij de man vaak iets duidelijker te zien is. De bek is hoornkleurig, alhoewel er mannetjes zijn die hun zwarte kleur in de bek behouden tijdens de winterperiode. De man is over het algemeen ook iets groter dan het vrouwtje, en heeft vaak grotere/dikkere poten. Tijdens de winterperiode worden de koppels ook vaker samen gezien, de mannen zijn dan mindere agressief.
Het zomer verenkleed
Tijdens de zomerperiode, of beter gezegd het broedseizoen blijft de pop eigenlijk hetzelfde van kleur, maar de man krijgt zijn kenmerkende felle kleur met donker zwart contrast. Het altijd zo rustige bruine vogeltje word ineens een felle (letterlijk en figuurlijk) vogel die rustig in de bomen of volière te zien is word het ineens een actieve, soms zelfs agressieve vogel. De eerste tekenen zijn vaak geblaas en verhoogde activiteit van de man. Langzaam maar zeker zal deze dan in korte periode zijn bruine verenkleed compleet veranderen naar een zwart/oranje-rood verenkleed.
Het gebied rond de bek en ogen word diep zwart, met daaromheen een felle oranje band die zo kenmerkend is. De rest van het lichaam krijgt ook de diepzwarte kleur van de kop, de stuit word ook fel oranje. Daarnaast “blaast” de vogel zichzelf op om nog groter/forser over te komen, en de vrouwtjes te imponeren. Het exacte begin van de kleurverandering bij de oranjewever is moeilijk vast te stellen. De hoeveelheid zonlicht en voeding spelen een belangrijke rol, bij een vroeg voorjaar kan dit dus al vroeg in het jaar gebeuren als er veel zonlicht op een dag is. Bij een wat later voorjaar kan deze spontante verandering dus ook langer op zich laten wachten.
Algemeen kan gesteld worden dat de vogels in de winter bruin zijn, en in het broedseizoen hun specifieke kleur vertonen
De oranjewever in gevangenschap
De oranjewevers kunnen goed in gevangenschap gehouden worden, alleen vereisen zij (met name bij hun kweek) speciale kennis waardoor ze niet voor beginners geschikt zijn. De vogels zijn ondanks hun grootte van circa 15cm zijn het buiten de broedperiode bijzonder vriendelijke vogels die geen vlieg kwaad doen. Komt echter het broedseizoen in aantocht, waarbij de man zijn kenmerkende kleuren krijgt dan word het een zeer felle vogel. Zelfs de vrouwelijke oranjewever probeert de man dan zoveel mogelijk te vermijden. Het is om deze reden verstandig de vogels in een ruime volière te houden waarbij de pop genoeg schuilplaatsen heeft om de man te ontvluchten. In de winterperiode kunnen ze goed met meerdere koppels (en andere vinken) samen gehouden worden. Maar in de zomerperiode is het verstandig de vogels goed in de gaten te houden. Het is mogelijk dat er rustige mannen zijn, maar zelf heb ik dit nog niet mee gemaakt.
Voeding
De oranjewevers eten als basis een goede mengeling voor tropische vogels, eventueel aangevuld met wat kanariezaad en onkruidzaad. Er zijn oranjewevers die verzot zijn op verse graszaden, maar er zijn ook genoeg gevallen bekend waarbij de vogels de verse onkruiden compleet links laten liggen. Dit dient u zelf proefsgewijs te ondervinden. Het is belangrijk altijd onkruiden te verstrekken die niet bespoten zijn, en niet langs vervuilde gebieden staan (wegen etc.) Kiemzaad is net als verse onkruiden een “uitproberen” kwestie, de ene vogel is er verzot op terwijl andere vogels er niet naar omkijken. Het is een goede aanvulling op de voeding dus het is zeker raadzaam dit te testen bij de vogels. Indien ze ervan eten kunt u het blijven voeren, indien ze er na een halve dag amper van gegeten hebben dient u het weg te halen om bederf te voorkomen.
Naast deze zadenmengelingen is het belangrijk dat de vogels voldoende eiwitten binnen krijgen, dit kan in de vorm van eivoer en universeelvoer. Ook kleine hoeveelheden levend voer in de vorm van (diepvries)pinkys/(geknipte) meelwormen en buffalowormen dienen zeker in de broedperiode verstrekt te worden om succesvolle kweek te garanderen. Mogelijk is een teveel aan deze dierlijke eiwitten de oorzaak van het agressieve gedrag bij sommige Afrikaanse prachtvinken.
Tijdens de winterperiode kunt u ook kleine hoeveelheden van het eivoer/universeelvoer en levend voer verstrekken, niet alle vogels consumeren het in de winterperiode, maar het beschikbaar stellen van kleine hoeveelheden kan geen kwaad.
Groenvoer kan zoals gemeld in de vorm van onkruiden verstrekt worden, maar verse groenten en fruit mogen ook verstrekt worden. Let erop dat de groente en het fruit goed gewassen is. En geef met name niet te veel bladgroenten omdat dit verdunning van de ontlasting (diaree) kan betekenen.
Vers badwater mag uiteraard nooit ontbreken, net als scherpe maagkiezel en vogelgrit. Een sepaischild of mineralenpiksteen worden ook zeker gewaardeerd door de oranjewevers.
Oranjewever kweken
Het kweken met de oranjewevers is goed mogelijk in een ruime, zeer goed beplantte volière, zoals bij alle wevers eigenlijk vereist is. De vogels bouwen hun nest uitsluitend in beplanting en accepteren praktisch geen nestkastjes, een simpel raamwerkje kan wel als een goede basis voor het nest dienen. Als nestmateriaal gebruiken zij lange grashalmen en (gebleekte) kokosvezel. De man weeft het nest volledig zelf om zo het vrouwtje over te halen tot paring. Als het nest klaar is zal het vrouwtje dit naar behoefte van binnen bekleden met zacht dons en dierenhaar.
Om de kweek wat te stimuleren is het goed mogelijk om 2 mannen, en meerdere vrouwtjes in één volière te houden. Door de competitie tussen de mannen die nu ontstaat zullen zij sneller geneigd zijn om nesten te gaan weven.
Als de man besloten heeft waar hij het nest wil gaan bouwen zal hij werkelijk de hele volière gaan strippen voor nestmateriaal, door zelf nestmateriaal aan te bieden kunt u dit engzins voorkomen, maar bedenk dat de vogel zijn natuurlijke gedrag zal voortzetten. Het voordeel van de wevers is dat zij de planten in de winter bijna volledig met rust laten waardoor deze langzaam kunnen herstellen. Bamboe en aanverwante soorten zijn zeer geschikt voor in een volière met wevers.
Als het nest door de pop geaccepteerd is zal zij 2 tot 3 blauwe eitjes leggen. Deze worden door haarzelf uitgebroed in een dag of 20. De pop accepteerd ook extra eitjes, ik heb verhalen gehoord van popjes die maar 2 eitjes gelegd hadden,waarbij een andere pop het nest verlaten had. Er werd een eitje bijgelegd welke gewoon werd geaccepteerd door het broedende popje.
De man zal tijdens de broedperiode de nesten zeer fanatiek verdedigen. Het is daarom verstandig nestcontroles ook tot een minimum te beperken. Het zijn geen schuwe vogels die direct het nest verlaten, maar de man kan behoorlijk agressief worden indien u dicht bij het nest komt.
Als de jongen na circa 20 dagen uitkomen is het belangrijk ongelimiteerd levend voer te verstrekken. Dit kan in de vorm van wasmotten, buffalowormen, pinkys, geknipte meelwormen, miereneitjes en fruitvliegen. Het is duidelijk zichtbaar dat de consumptie van levend voer drastisch omhoog gaat als de jongen uitgekomen zijn, dit kan dan dus ook als indicatie gezien worden voor het uitkomen. Indien er niet voldoende levend voer beschikbaar is zullen de jongen niet goed opgroeien, en is het goed mogelijk dat zij niet eens tot uitvliegen komen. Oranjewevers zijn zeer goede ouders, wanneer de jongen voortijdig sterven is dit vaker aan de verzorger te wijten dan aan de vogels zelf.
Na ongeveer 18 tot 22 dagen zullen de jongen uitvliegen, ze kunnen dan net vliegen en zullen nog veel op de grond gezien worden. Tijdens warme periodes is het mogelijk dat zij (door de warmte) eerder hun nest verlaten, het is dan belangrijk de jongen ’s avonds weer terug te zetten in het nest, te vroeg uitgevlogen jongen kunnen soms door de pop vergeten worden.
Als de jongen het nest verlaten zal de man nog feller worden in het verdedigen van zijn kroost, ik heb verhalen gehoord dat er mannen zijn die recht op de mens afvliegen en al blazend de mens proberen te verjagen. De jongen worden volledig door de pop opgevoed, als zij na een week of 2 volledig zelfstandig gaan eten zal de pop al snel een nieuw nest gaan betrekken. Het is verstandig de jonge oranjewevers apart te zetten omdat de vader anders agressief kan worden naar het eerdere nest.
De jongen (met name de mannen) kunnen tot 2 jaar tijd in beslag nemen om volledig op kleur te komen. Zorg ervoor dat de mannen gescheiden zitten van elkaar, meerdere popjes kunnen wel goed samen gezien zij niet agressief zullen worden, en eerder schuilen voor de fanatieke mannen in broedperiode. Jonge mannen beginnen vaak ook past met weven als zij op kleur gekomen zijn.
Mutaties
Bij de grenadierwever is tot nu toe maar 1 mutatie bekend, de gele grenadierwever. Hier is de felle oranjekleur vervangen door een gele kleur. Er zijn bijzonder weinig gele grenadierwevers gezien waardoor het goed mogelijk is dat deze mutatie niet vruchtbaar is.
Bij de oranjewevers is deze mutatie mij echter niet bekend.
Geef een reactie