De bruinborst rietvink (Lonchura castaneothorax) is een Australische prachtvink die in totaal 6 ondersoorten kent, deze leven verspreid over het Noordelijke en westelijk deel van Australië. Een opmerlijke Australische prachtvink met een haast europees uiterlijk.
Bruinborst rietvinken in het wild
De bruinborst rietvink kent 6 ondersoorten:
- Lonchura castaneothorax uropygialis: Deze leeft hoofdzakelijk in het noordwestelijke deel van Nieuw-Guinea.
- Lonchura castaneothorax boschmai: Deze leeft hoofdzakelijk in westelijk Nieuw-Guinea.
- Lonchura castaneothorax sharpii: Deze leeft hoofdzakelijk in het noordelijk en oostelijk deel van Nieuw Guinea.
- Lonchura castaneothorax ramsayi: Deze leeft hoofdzakelijk in zuidoostelijk Nieuw-Guinea en de D’Entrecasteaux-eilanden.
- Lonchura castaneothorax castaneothorax: Deze leeft in het noorden en oosten van Australië.
De bruinborst rietvink kenmerkt zich door zijn bruine en iets grijs gekleurde kop en nek. Het bovenste deel van de keel en de kin zijn bruinzwart gekleurd. De borst is kastanjebruin met aansluitend op de buik een duidelijke zwarte streept. De buik is hoofdzakelijk wit tot crème kleurig. De vleugels zijn ook bruin van kleur met enkele donkere streepjes. De staart is in tegenstelling tot de vleugels een meer geelbruine kleur. De totale lengte van de vogels is ongeveer 11 centimeter.
Bruinborst rietvinken leven in het wild in kolonies, ze leven hoofdzakelijk in moeras achtige omgevingen, daarbij worden meren en rivier oevers ook gebruikt als leefgebied. Ze leven hoofdzakelijk in het riet en hoge gras.
Geslachtsonderscheid
Het geslachtsonderscheid bij de bruinvorst rietvink is soms lastig. Het makkelijkste is de zang, de man laat soms zijn zang van afwisselende hoge en lage tonen horen, het vrouwtje (de pop) doet dit niet. Daarnaast wordt verondersteld dat de het mannetje een kruin heeft die wat lichter van kleur is, dit is het beste zichtbaar als 2 vogels met de koppen naast elkaar gehouden worden. De zwarte borstband is bij het mannetje vaak ook wat breder dan bij het vrouwtje. Ook de kleur van de bevedering op de buik is bij het mannetje wat witter dan het popje. Bij het popje kan dit zelfs tot geelachtig kleuren.
Bruinborst rietvinken in de volière
Bruinborst rietvinken lenen zich uitstekend om in de volière gehouden te worden. Het zijn lieve rustige vogels die andere (pracht)vinken met rust laten. Ook kunnen zij goed tussen rustige parkieten gehouden worden. Het is belangrijk dat de vogels altijd de beschikking hebben over een vorst en tochtvrij nachtverblijf. Hier kunnen zij schuilen tegen de elementen. De vogels kunnen goed tegen het Nederlandse klimaat, ze kunnen ’s winters gewoon buiten blijven, maar een nachtverblijf is noodzakelijk.
Voeding voor de bruinborst rietvink
Als basis voor de voeding kiest u een goede mengeling voor tropische vogels of volière vogels. Dit wordt aangevuld met een goed eivoer/krachtvoer. Het verstrekken van kiemzaden wordt ook erg gewaardeerd. De bruinborst rietvink heeft een behoefte naar dierlijke eiwitten, om in deze behoefte te voldoen kunt u het eivoer bijvoorbeeld mengen met universeelvoer. In de verhouding 50%/50%. In de periode dat de vogels gaan broeden en jongen krijgen is dit extra belangrijk gezien de jongen deze eiwitten ook nodig hebben om op te groeien. Naast eivoer en universeelvoer kunt u ook enkele pinkys, (geknipte) meelwormen, miereneitjes fruitvliegjes of buffalowormpjes verstrekken. Dit is levend te verkrijgen, maar bijvoorbeeld ook gewoon uit de diepvries (schoner). Er wordt verondersteld dat de insecten uit de diepvries minder voedingsstoffen bevatten, maar dit is nooit bewezen. Verstek niet teveel van dit voedsel. Een lepeltje in de ochtend en avond is voldoende voor een een stel vogels. Bij een teveel aan dierlijke eiwitten kan de broeddrift bij de bruinborst rietvink erg hoog worden, ze kunnen dan hun jongen in de steek laten om een volgend nest te beginnen.
Naast dit voedsel kunt u de vogels ook enkele stukjes groenvoer geven, een stukje fruit of wat onkruiden. Vers bad en drinkwater, en de nodige mineralen in de vorm van grit, sepia en maagkiezel mogen nooit ontbreken.
Het kweken van bruinborst rietvinken
Bij de kweek met bruinborst rietvinken heeft u de keuze uit veel mogelijkheden. Om goede resultaten te verkrijgen en om te kweken voor de tentoonstellingen kunt u ervoor kiezen om te kweken in zogenaamde kweekkooien. Hier worden de vogels per stel gehouden zodat u zelf kunt beslissen welke man met welke pop een nest grootbrengt. Maar het kweken in de volière gaat ook goed.
De vogels bouwen hun nestjes graag in een halfopen of tralienestkastje. Nesten in struiken komen ook voor. Als nestmateriaal gebruikt de bruinborst rietvink graag kokosvezel, hooi, stukjes mos en grashalmen. Dierenhaar, veertjes en dergelijke worden ook gewaardeerd om het nest mee af te maken. Na het bouwen van het nest zal het popje snel overgaan tot het leggen van de eitjes. Dagelijks wordt er 1 eitje gelegd. Vaak is een nest compleet met 4 tot 6 eitjes. De pop en man zullen beiden de eitjes uitbroeden, na ongeveer 13 dagen komen de jongen uit. De jongen worden door beide ouders gevoed. Als de jongen circa 1 week oud zijn kunt u ze ringen met ringmaat 2.5mm. Op een leeftijd van 3 weken zullen zij uitvliegen.
Nadat de jongen zijn uitgevlogen worden ze nog enkele weken door de ouders gevoerd alvorens ze zelfstandig zullen gaan eten. Het is zoals eerder al vermeld belangrijk dat de vogels voldoende beschikking hebben over dierlijke eiwitten, deze worden ook gevoerd aan de jongen. Als de jongen zelfstandig zijn is het verstandig deze uit te vangen wanneer u in kweekkooien kweekt. De ouders kunnen dan rustig aan een volgend nest beginnen. Het is belangrijk dat u maximaal 2 tot 3 nesten per jaar laat grootbrengen door de vogels. Zo is de pop op tijd weer in conditie voor het volgende broedseizoen.
Na ongeveer 4 maanden zijn de jongen op kleur. De mannen zullen dan ook langzaam aan hun (vrij hoge) zang ten gehore brengen. Het is echter verstandig pas het voglende broedseizoen de jonge vogels in te zetten voor de kweek.
Bijzonderheden
De bruinborst rietvink heeft zeer snel groeiende nagels. Daarom is het belangrijk deze in de gaten te houden. Wanneer u geen goede zitstokken heeft kunnen de nagels te lang worden, u zult ze dan regelmatig bij moeten knippen.
edwin gilson zegt
Dag,
Ik doe de redactie van het tijdschrift EXOTICA van de Belgische Nationale exotenclub.
Ik heb onlangs een artikel ontvangen over de parelhals amandine en de bruinborstrietvink doch zonder foto.
Mijn vraag is of ik een foto van beide soorten van uw website zou mogen gebruiken.
Mvg,
Edwin