De brilvogel is eigenlijk een ontzettend grote familie van ondersoorten zoals te zien in de lijst met ringmaten voor vruchten en insecten eters. Ze danken hun naam aan de opvallende witte ring van veertjes die om het oog zichtbaar is.In dit artikel worden brilvogels in algemene term beschreven, deze informatie gaat voor alle (125!) ondersoorten op.
Alle ondersoorten van de brilvogel zijn echte gemeenschapsvogels. In het wild zijn ze bijna altijd in grote groepen te vinden, op zoek naar bijvoorbeeld honing, nectar of kleine insecten. Brilvogels zijn over het algemeen in gevangenschap ook goed aangepast aan ons Nederlandse klimaat, doch verdient het aandacht deze vogels niet aan koude temperaturen bloot te stellen. In een volière komen ze goed tot hun recht als deze vol beplanting staat waar zij in kunnen schuilen, en eventueel een vrij nestje kunnen bouwen.
Brilvogels zijn ongeveer 10 tot 14cm groot, en te vinden in de tropische bosrijke omgevingen van Afrika, Azië en Australië.
De naam brilvogel is ontstaan door de zeer opvallende witte tekening om het oog die normaliter een ring vormt. Deze ringen hebben bij de ondersoorten verschillende groottes, maar bij alle ondersoorten is deze terug te vinden. Soms zijn ze niet volledig rond, en bij enkele ondersoorten ontbreekt de oogring. Op de geelring-brilvogel (Zosterops wallacei) welke op de kleine Soenda eilanden leeft heeft de ring een gele kleur. Vandaar ook de naam.
Brilvogels komen in praktisch heel zuidelijk Afrika voor. Verspreid onder de Sahara, over Madagaskar en directe naastgelegen eilanden. De warme delen van Azië tot aan Japan, de Filipijnen en Samoa vertegenwoordigen ook brilvogels. Zuidwaarts richting Maleise en Australië komen deze vogels ook voor.
Brilvogels leven uitsluitend in bomen, maar ze komen soms op de grond om snel te baden of enkele insecten van de grond te eten.
Paringsgedrag bij brilvogels
Het paringsgedrag bij brilvogels is bijzonder, in tegenstelling tot veel soorten kan juist het vrouwtje agressief worden in de broedperiode. Het mannetje probeert het vrouwtje daarom altijd tot rust te brengen door wat voedsel in de snavel te houden. Het mannetje gaat uiterst behoedzaam te werk, hij trippelt zijdelings langs de tak waar het vrouwtje zit om haar het hof te maken. Dit gebeurt op een bijzondere en elegante wijze, als een ware turn kampioen zal hij enkele keren als rekstok oefening om de tak draaien en recht onder het vrouwtje gaan hangen met de buik omhoog. Als hij met zijn snavel in de veren van het vrouwtje mag kroelen is dit een teken dat het vrouwtje hem accepteert.
Echter kan het vrouwtje ook boos worden en zal dit duidelijk laten merken aan het acrobatische mannetje wat haar probeert te verleiden. Ze zal het mannetje met wijdgeopende snavel aanvallen, indien dit gebeurt zal het mannetje gelijk omhoog komen om zo zijn snavel in de snavel van het vrouwtje te steken, door wat voedsel te verstrekken op de manier waarop ze normaal ook de jongen voedsel verstrekken probeert hij het vrouwtje te kalmeren.
Deze gedragingen komen bij alle ondersoorten van de brilvogels in grote lijnen overeen, er zijn soms kleine variaties maar het algemene beeld is hetzelfde. De vogels leven tot aan het broedseizoen in grote groepen, maar als de broedperiode start valt deze groep uiteen en gaan alle koppels hun eigen weg. De trillende zanggeluiden die de mannelijke brilvogels dan laten horen klinken erg prettig en zijn een waar orkest.
De kweek in het wild
Brilvogels bouwen in het wild hun nestje wat normaliter in enkele takken opgehangen is van grashalmen en korstmos, als “lijm” gebruiken zij spinnenwebben. Het nestje heeft een doorsnede van slechts 5 centimer wat bekleed word met zacht gras kapok en schapenwol. Als het nestje klaar is zal het popje 2 tot 4 lichtblauwe eitjes leggen. Deze worden door beide ouders in 10 tot 11 dagen uitgebroed. Gemiddeld worden er 2 nesten per jaar groot gebracht.
De volwassen brilvogels eten hoofdzakelijk vruchten, honing en insecten. De insecten vinden zij bijvoorbeeld in holle (rotte) bomen en stuiken. Vruchtvlees en honing word met de borstelige tong opgeslurpt, de puntige snavel word door de basis van de bloem gestoken, de borstelige tong kan hierna het vruchtvlees met grote nauwkeurigheid losmaken en opnemen. Zacht fruit zoals bessen, papaja’s en druiven worden zo vakkundig gegeten. Doordat de vogels slechts een klein deel van het vrucht sap opnemen en daarbij een klein gaatje achterlaten kunnen ze grote schade toebrengen aan oogsten.
Buiten het broedseizoen leven de brilvogels in grote groepen, ze zoeken in bomen en struiken naar voedsel waarbij de vogels door zacht te roepen contact met elkaar houden. Dit is op enige afstand al goed te horen. Als één vogel luid roepend uit een boom of struik vliegt zal de rest gelijk volgen, dit word vaak als teken van gevaar gezien, maar het komt soms ook voor als er geen vuiltje aan de lucht is. Mogelijk schrikken de vogels van elkaar waardoor ze dit gedrag vertonen. Omdat ze zo’n grote behoefte aan sociale interactie hebben zullen ze vaak dicht tegen elkaar aangekropen op zitstokken gaan zitten om te rusten. Hierbij worden naasten vaak verzorgd en de veren gepoetst.
Brilvogels in de volière
Brilvogels zijn uitstekende volièrevogels. Ze zijn gemakkelijk in verzorging en kunnen prima met kleinere (pracht)vinken gehouden worden. Daarnaast zijn ze zeer vriendelijk naar andere vogelsoorten. Ook zijn het zeer actieve vogels waardoor er altijd leven te zien is in de volière. Het is een waar genot om deze vogels druk in de weer te zien in de volière. Bijvoorbeeld het achterna jagen van insecten die op planten in de volière afgekomen zijn. Of het paringsgedrag waarbij de man als acrobaat aan de takken hangt.
Brilvogels zijn over het algemeen goed gewend aan de Nederlandse flora en fauna. Er zijn insecten en vruchten beschikbaar die graag genuttigd worden door de brilvogels. De brilvogels eten graag fruitvliegjes, maar klein levend voer zoals buffalo wormpjes en pinkys worden graag genuttigd. Dit kunt u aanvullen met een goede insecten en vruchten paté om te voorzien in de noodzakelijke vitamines. Diverse soorten fruit en nectar maken het menu compleet.
Wanneer het voorjaar intreed zullen de vogels dan snel in de broedstemming komen en hun bijzondere paringsgedrag vertonen. Het is verstandig in de volière planten te poten die insecten aantrekken. Dit vormt dan een goede natuurlijke bron van voedsel voor de brilvogels. De eventuele jongen zullen ook gevoerd worden met deze vers gevangen insecten. Ook stimuleert u zo het natuurlijke instinct om op insectenjacht te gaan. In de winter periode is het verstandig de brilvogels van een licht verwarmd nachthok (~5-10 graden) te voorzien zodat zij altijd een vorstvrij en droog heenkomen hebben om te schuilen tegen de elementen.
Er zijn in gevangenschap al vele ondersoorten van de brilvogels met succes gekweekt, doch verdient het aandacht ondersoorten niet te kruisen. Gezien er 125 ondersoorten bekend zijn is dit lastig, maar alleen zo kan de soort zuiver gehouden worden. Jonge brilvogels kunnen op hun 5e levensdag geringd worden. Zie hiervoor de lijst met ringmaten voor vruchten en insecteneters.
Geef een reactie