Bandvink

De bandvink (Amadina fasciata) is een overwegend grijze vink. Duidelijk geslachtsonderscheid doordat de man een rode halsband heeft (waaraan de soort immers zijn naam dankt). Met een grootte van circa 12 tot 13 centimeter is de vogel vergelijkbaar met een kanarie. Bandvinken zijn goede gezelschapsdieren. Ze zullen zonder al te veel problemen in een (buiten) gezelschap volière geplaatst worden. De bandvink zal geen conflict opzoeken, maar let er op dat de andere vogels de bandvink ook met rust laten.

Het geslachtsonderscheid is zoals reeds gemeld duidelijk:
Bandvinken

Links het popje, rechts de man

De man is duidelijk herkenbaar door zijn wat donkerdere en mooiere verenkleed. Daarnaast is er de direct in het oog springende rode halsband. Het popje is veel lichter van kleur, en meer egaal gekleurd zonder al te veel tekening.

Bandvink in de volière.

Op het sociale gebied is de bandvink geen ruziezoeker. Alleen tijdens de kweekperiode kan de bandvink wel lastig zijn. Ze hebben de neiging om nestmateriaal van andere vogels te stelen. Het beste kunt u ze tijdens de broedperiode (indien u wilt kweken) de bandvink houden in zogenaamde broedkooien. Hier hebben de vogels hun eigen ruimte zonder andere vogels tot last te zijn. De bandvink legt haar eitjes graag in een nestje wat zij gemaakt heeft in een half-open nestkastje. Het popje legt 4 tot 6 eitjes welke door beide geslachten uitgebroed zullen worden, de broedduur bedraagt circa 12 tot 14 dagen. De jongen zijn na uitkomen circa een maand in het nest waarna zij uitvliegen. Na ongeveer 2 weken uitgevlogen te zijn zullen de jongen zelfstandig gaan eten. De ouders kunnen in deze periode al bezig zijn met hun 2e legsel.

De bandvinken hebben geen uitgebreide menukaart. Het zijn gewoon zaadeters. U kunt het beste een zadenmengeling voor tropische vinken aanbieden. Dit kunt u dan aanvullen met bijvoorbeeld wat trosgierst (1 streng per koppel, per week maximaal!), wat groenvoer en kiemzaden. Ten alle tijde dient er grit en maagkiezel aanwezig te zijn. Dit is voor de natuurlijke mineraalhuishouding en om een goede vertering van het voedsel mogelijk te maken.

De bandvink is geen schuwe vogel, ze zijn actief aanwezig in de volière. Ze gaan door de hele volière heen en zoeken hun voedsel ook gewoon op de grond. Om deze reden is het een ideale volière vogel, maar let op dat ze “nestrovers” kunnen zijn. Van de bandvink zijn ondertussen ook al mutaties bekend zoals de geelband, ino en isabel of pastel.

Let er bij huisvesting in de volière op dat de bandvink met de roodkop amadinen kunnen paren en zo bastaard vorming tot gevolg hebben. Dit dient u ten alle tijde te voorkomen, het is verstandig deze soorten daarom niet samen te houden.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven