De agapornis lilianae, de kleinste van de agaporniden op het Afrikaanse vaste land. Ze worden best veel in gevangenschap gehouden gezien ze goed als “kolonie” gehouden kunnen worden, echter is er in de literatuur weinig bekend over het natuurlijke broedproces van de agapornis lilianae.
Agapornis lilianae in het wild
In het wild komen ze hoofdzakelijk voor in Malawi, Mozambique, Tanzania, Zambia en Zimbabwe. In 2004 werd de populatie in het wild geschat op minder dan 20.000 vogels. Hierdoor heeft de vogels hebben de status “near threatend” op de IUCN rode lijst. In het wild leeft de agapornis lilianae in bos en struikgewas rijke omgevingen. Hier voeden zij zich met graszaden, milet, wilde rijst, bloemen en fruitzaden.
De agapornis lilianae wordt door beginners vaak verward met de agapornis fischeri en de agapornis roseicollis vanwege hun redelijk identieke verenkleed. Echter is de agapornis lilianae met zijn 13cm beduidend kleiner dan de genoemde soorten.
De agapornis lilianae broed in het wild hoofdzakelijk in oude nesten van diverse soorten wevers. Dit zijn bijzonder grote nesten die plaats hebben voor meerdere paartjes. Naast het overnemen van wevernesten worden er ook zelf nesten gebouwd, dit gebeurt eigenlijk nooit in bomen, meestal in oude bebouwing of grotten. Het nest wordt vervaardigd met stukken schors, grashalmen en bladeren. De agapornis lilianae is een echte kolonie vogel. Meerdere paartjes broeden dicht bij elkaar om elkaar te beschermen.
De agapornis lilianae in gevangenschap
Zoals reeds gemeld wordt de agapornis lilianae veel in gevangenschap gehouden vanwege het makkelijk in kolonie houden van de vogels. Ze lijken uiterlijk veel op de agapornis fischeri en de agapornis roseicollis vanwege hun redelijk identieke verenkleed, echter is het belangrijk uzelf er zeker van te stellen dat u raszuivere vogels koopt. Zo voorkomt u dat ondersoorten van de agapornis familie met elkaar kruisen en het gedomesticeerde vogelbestand kwalitatief verminderd.
Geslachtsonderscheid
Uiterlijk is er geen geslachtsonderscheid mogelijk bij de agapornis lilianae. Er is geen zichtbaar verschil tussen man en pop. Bij volwassen vogels kunt u alleen via DNA of endoscopisch onderzoek het geslacht (laten) vaststellen.
Huisvesting
De agapornis lilianae is een koloniebroeder, om deze reden kunnen zij in tegenstelling tot andere agapornis soorten goed gehouden worden met meerdere paartjes in dezelfde volière. Wanneer u de vogels in de (buiten) volière houd is het wel belangrijk dat er een groot, droog, vorstvrij en tochtvrij nachthok beschikbaar is. Hier kunnen de vogels zich dan terugtrekken tegen de elementen. Het zijn vreedzame vogels die elkaar niet snel lastigvallen. Samen houden met prachtvinken is af te raden. Vreedzame parkieten en andere agaporniden kunnen wel samen gehouden worden.
Wanneer u de agapornis lilianae echter wilt houden voor doelgerichte kweek zijn (ruime!) broedkooien beter geschikt. Het is belangrijk de luchtvochtigheid in de broedruimte wel hoog te houden. De vogels zijn dit van nature gewend. Ook dient er ten alle tijde vers badwater beschikbaar te zijn.
Voeding
Als voeding krijgen de agapornissen een goede mengeling voor agaporniden. Dit wordt (zeker in de broedperiode!) aangevuld met kwalitatief eivoer, eventueel levend voer (pinkys zijn geliefd in mijn ervaring), vers fruit of groenvoer en uiteraard scherpe maagkiezel en vogelgrit. Vers (bad)water mag nooit ontbreken in het menu. Wekelijks een stuk trosgierst per koppel word graag genuttigd, geef dit niet teveel gezien trosgierst vet zaad is. Wanneer de vogels in de broedkooien gehouden worden kunnen ze snel vervetten.
Kweken met de agapornis lilianae
Over het i gevangenschap succesvol kweken met de agapornis lilianae is genoeg te lezen in de literatuur. Het is belangrijk een hoge relatieve luchtvochtigheid aan te houden omdat dit in de natuurlijke omgeving van de vogels ook voorkomt. De vogels maken graag een nest in holtes en in oude gebouwen. Eventueel in een nestkast is mogelijk, maar kijk niet vreemd op als er op een ongewone plek een nest gebouwd (of uitgeknaagd) wordt door de agaporniden.
Als nestmateriaal gebruiken de agaporniden graag grashalmen, bladeren, stukjes schors en stro. Het nestmateriaal word net als bij andere agaporniden met een witte oogring vervoerd in de snavel. Wanneer het nest voltooid is zal de pop om de dag een eitje leggen met een maximum van 3 tot 6 eitjes. De pop zal de eitjes zelf uitbroeden, en wordt hierbij regelmatig gevoerd op haar nest. Na ongeveer 23 dagen zullen de eitjes uitkomen. De jongen hebben oranje-rood dons als zij uitkomen die langzaam veranderd naar donkergrijs. Op de 8e levensdag kunnen de jongen met ringmaat 3.5 – 4mm geringd worden. Circa 6 weken na het uitkomen zullen de jongen uitvliegen. Ze worden dan nog enkele weken door beide ouders gevoerd alvorens ze zelfstandig zullen gaan eten.
Een groot probleem bij de kweek met de agapornis lilianae is sterfte bij de jeugdrui. Naar schatting overleeft ongeveer een kwart van de vogels de jeugdrui. De exacte oorzaak hiervoor is mij niet bekend, maar er zijn vermoedens dat het met voeding te maken heeft. Het is mogelijk dat de vogels bepaalde (dierlijke) eiwitten missen die nodig zijn bij het opbouwen van het nieuwe verenpak. Tijdens de groei krijgen zij alle voedingsstoffen van de ouders binnen, als de jeugdrui aanbreekt dienen ze zelfstandig te eten.
Om deze reden is het verstandig alleen maar volwassen vogels te kopen. Let ook op dat u geen bastaarden koopt, zoals reeds gemeld lijken deze vogels veel op andere agaporniden soorten, echter zijn ze beduidend kleiner met hun ~12.5-13cm. Een agapornis lilianae die even groot is als een fischeri is geheid een bastaard.
Dorien zegt
Mijn agapornissen leggen veel eieren maar broeden ze niet uit wat zou daar de oorzaak van zijn?
Mvg
adriaan zegt
Het kan zijn dat ze verstoord worden door andere vogels, zitten de agapornissen in een volière met andere vogels, of zijn ze samen als paartje gehouden?